Mobiliteitsbudget: toepassingsgebied
Heel wat werkgevers willen hun werknemers een mobiliteitsbudget aanbieden, als duurzaam en fiscaal voordelig alternatief voor de bedrijfswagen. Toch is het belangrijk om goed na te gaan of uw onderneming voldoet aan de voorwaarden rond de invoering van het mobiliteitsbudget.
De invoering van het mobiliteitsbudget kan enkel ter vervanging van een bedrijfswagen waarover uw werknemer al beschikt, of wanneer hij/zij in aanmerking komt voor een bedrijfswagen. In dit laatste geval moet u op basis van documentatie – bijvoorbeeld via de bedrijfswagenpolicy – bewijzen dat uw werknemer daadwerkelijk in aanmerking komt voor een bedrijfswagen.
Uw werknemer heeft steeds de vrije keuze om in te stappen in het mobiliteitsbudget, als aan de voorwaarden voldaan is.
De waarde van het mobiliteitsbudget is gelijk aan de totale kostprijs van de bedrijfswagen voor de werkgever (total cost of ownership – TCO) of de kost die u als werkgever zou hebben wanner uw werknemer in aanmerking komt voor een bedrijfswagen. U moet dus altijd deze TCO-waarde bepalen om na te gaan hoeveel het mobiliteitsbudget bedraagt.
Vervolgens kan de werknemer het mobiliteitsbudget vrij besteden in de door de wetgever voorzien drie pijlers.
Pijler 1
De eerste pijler heeft betrekking op een milieuvriendelijkere bedrijfswagen met een maximum CO2-uitstoot van 95g/km. Vanaf 2026 komen enkel volledig elektrische bedrijfswagens in aanmerking
Pijler 2
Pijler twee focust op andere duurzame vervoermiddelen, zoals openbaar vervoer, georganiseerd gemeenschappelijk vervoer, fiets, elektrische motorfietsen en dergelijke.
Verder voorziet de wetgever hier ook bepaalde huisvestingkosten, meer bepaald huurgelden en aflossingen van hypothecaire leningen, voor een woning die binnen een straal van 10 kilometer van de normale plaats van tewerkstelling ligt. Wanneer uw werknemer minstens 60 procent telewerkt, kan ook het thuiskantoor kwalificeren als normale plaats van tewerkstelling.
Stelt u als werkgever nog geen bedrijfsfietsen ter beschikking en/of fietsvergoeding aan fietsende pendelaars? Dan kunt u ook deze systemen integreren in het mobiliteitsbudget.
Pijler 3
De laatste pijler heeft betrekking op het saldo dat overblijft na aftrek van bestedingen in de vorige pijlers. Dit bedrag wordt op het einde van het jaar cash uitbetaald aan de werknemer, na afhouding van een werknemersbijdrage van 38,07 procent.
Impact federaal regeerakkoord
In het federale regeerakkoord lezen we dat er enkele ingrepen rond het mobiliteitsbudget op til zijn. Gezien dit nog niet opgenomen is in goedgekeurde wetgeving, blijven de huidige regels van toepassing.







