Transfer pricing is van toepassing op vennootschapsgroepen met een multinationale dimensie. Binnen deze groepen moeten alle transacties aan marktconforme tarieven verlopen en gelden specifieke documentatie- en rapporteringsverplichtingen.
Onze experts assisteren u bij het bepalen van de marktconforme voorwaarden, al dan niet via een benchmarking analyse, en het implementeren van een interne transfer pricing-policy. Ook de opmaak van de verplichte transfer pricing-documentatie behoort tot ons vakgebied.
Wat is transfer pricing en waarom is het belangrijk?
Transfer pricing, of ‘verrekenprijzen’, houdt in dat alle transacties tussen verbonden vennootschappen aan marktconforme voorwaarden (‘arm’s length” voorwaarden) moeten verlopen. De prijzen aangerekend aan een groepsvennootschap moeten dus gelijkaardig zijn aan de prijzen die een onafhankelijke partij in vergelijkbare omstandigheden zou betalen.
Alle intragroepstransacties moeten dit algemeen beginsel volgen, zowel bij het leveren van goederen of diensten als het betalen van interest aan een groepsvennootschap. Wanneer bij een fiscale controle blijkt dat de aangerekende prijzen of voorwaarden niet marktconform zijn, kunnen correcties worden opgelegd wat mogelijk leidt tot een dubbele economische belasting. Hiervoor ontheffing bekomen, is in praktijk vaak een lang en lastig proces.
Voor grote ondernemingen geldt bovendien een verplichting om verrekenprijsdocumentatie op te maken, die bestaat uit een Groepsdossier (“Master File”) en een Lokaal Dossier (“Local File”). Ondernemingsgroepen met een geconsolideerde groepsopbrengst van minstens €750 miljoen moeten ook een Landenrapport (“Country-by-Country Report”) indienen.
Onze dienstverlening
Veelgestelde vragen over transfer pricing
Gerelateerde artikels
Fiscale behandeling van cryptomunten: meerwaardebelasting en gegevensuitwisseling op komst
Vanaf 1 januari 2026 zal – mits goedkeuring van de wet – een meerwaardebelasting worden geïntroduceerd die ook cryptowinsten viseert. Tegelijk wordt een internationale gegevensuitwisseling opgestart voor informatie met betrekking tot cryptorekeningen.
Pillar II: wetsontwerp bevat verduidelijkingen voor minimumbelasting
Op 9 oktober 2025 werd in het federale parlement een wetsontwerp ingediend dat vooral technische verduidelijkingen bevat met betrekking tot de regels rond de minimumbelasting (Pillar II) in België.
Met welke wijzigingen in de erf- en registratiebelasting moet u rekening houden?
Vanaf 2026 voert Vlaanderen belangrijke wijzigingen door in de erf- en registratiebelasting. Dit zijn de voornaamste aanpassingen die invloed kunnen hebben op uw financiële planning.
Wat wijzigt er vanaf 2025 in de personenbelasting voor wie een onroerend goed verhuurt?
De bestaande mogelijkheid om interesten van leningen, aangegaan voor het verwerven of behouden van onroerende goederen (let wel niet de eigen woning) in aftrek te brengen van het onroerend inkomen, is van oudsher toepasbaar en een gangbare techniek. Maar deze techniek zal vermoedelijk geen lang leven meer beschoren zijn, want de bedoeling van de regering is om deze aftrekmogelijkheid resoluut te schrappen. De geplande inwerkingtreding is voorzien voor aanslagjaar 2026.
Meerwaardebelasting op financiële activa vanaf 2026: impact op non-profit instellingen
Met de nieuwe meerwaardebelasting (voorheen ‘solidariteitsbijdrage’ genoemd) van 10% op financiële activa, kan ook België zich rekenen bij de landen die vermogenswinsten belasten. Deze nieuwe meerwaardebelasting viseert niet enkel natuurlijke personen onderworpen aan de personenbelasting. Ook bepaalde non-profitinstellingen onderworpen aan de rechtspersonenbelasting vallen binnen het toepassingsgebied van de nieuwe regeling. Deze meerwaardebelasting komt bovenop de jaarlijkse patrimoniumtaks.
Overzicht aftrekbaarheid kosten AJ 2026
Kosten die gemaakt worden voor de economische activiteit van een onderneming, zijn in beginsel fiscaal aftrekbaar. Voor bepaalde kosten echter voorziet de fiscale wetgeving in een aftrekbeperking. Het overzicht van aftrekbaarheid van kosten geeft een beeld van de courante kosten waarvoor een fiscale aftrekbeperking geldt voor boekjaar 2025 (aanslagjaar 2026).